Art. 5. 4.2 Als de huishoudelijke afnemer in de periode van november tot en met maart gedurende een periode van dertig kalenderdagen zijn budgetmeter voor aardgas niet oplaadt, beoordeelt de aardgasdistributienetbeheerder op basis van het bekende oplaadgedrag en verbruikspatroon uit het verleden het risico dat de huishoudelijke afnemer in kwestie loopt op onderbreking van de aardgaslevering, nadat het hulpkrediet voor aardgas is verbruikt.
Art. 5. 4.2 Si le client domestique de gaz naturel ne recharge pas son compteur de gaz naturel à budget pendant une période de trente jours calendaires pendant la période de novembre à mars, le gestionnaire du réseau de distribution de gaz naturel évalue le risque d'interruption de fourniture de gaz naturel que le client domestique de gaz naturel encourt après que le crédit d'aide pour le gaz naturel est épuisé, sur la base du comportement de rechargement et de consommation du passé.