Het wederzijds vertrouwen moet verder worden opgebouwd door enerzijds voor de gehele EU regels vast te stellen voor jurisdictiegeschillen, procedurele waarborgen, het vermoeden van onschuld en minimumnormen voor bewijsverkrijging, en anderzijds concrete maatregelen te nemen voor betere justitiële opleidingen en efficiëntere rechtsstelsels.
La confiance mutuelle doit être renforcée grâce à la définition de dispositions, applicables dans toute l’UE, en matière de conflits de compétences, de garanties procédurales, de présomption d'innocence et de normes minimales pour l’obtention d’éléments de preuve, d'une part, et grâce à des actions concrètes visant à améliorer la formation des magistrats ainsi que l'efficacité des systèmes judiciaires, d'autre part.