In het algemeen wordt aangenomen dat verenigingen zonder winstgevend doel handelsactiviteiten kunnen uitoefenen op voorwaarde dat deze een middel zijn dat ondergeschikt is aan en in rechtstreeks verband staat met het belangeloze hoofddoel (Arr. Rb Gent, 14 april 1986, TBH, 1988, blz. 573; Lindemans, De verenigingen zonder winstgevend oogmerk, APR, 1958; T'Kint, " Les associations sans but lucratif" , Rep.
Il est généralement admis que les associations sans but lucratif peuvent exercer des activités commerciales à la condition que celles-ci constituent un moyen subordonné au but principal désintéressé avec lequel elles doivent avoir un rapport direct (Trib. arr. Gand, 14 avril 1986, RDC, 1988, p. 573; Lindemans, " De verenigingen zonder winstgevend oogmerk" , APR, 1958; T'Kint, Les associations sans but lucratif, Rep.