"Art. XI 13. De ambtenaar ouder dan 60 jaar die na een afwezigheid van 222 werkdagen wegens ziekte een uitstel kreeg van zijn opruststelling met 6 maanden of een veelvoud ervan, krijgt na afloop van de termijn van het toegekende uitstel een ambtshalve verlenging van het uitstel tot aan de eerste datum waarop hij voldoet aan de voorwaarden voor het vervroegd pensioen wegens leeftijd of ziekte".
« Art. XI 13. Le fonctionnaire de plus de 60 ans qui, après une absence de 222 jours ouvrables pour cause de maladie, a obtenu un report de 6 mois ou un multiple de ce chiffre de sa mise à la retraite, obtient à l'issue du délai du report accordé une prolongation d'office de ce report jusqu'à la première date à laquelle il satisfait aux conditions de la mise à la retraite anticipée pour cause d'âge ou de maladie».