1. Wanneer de aanklager overgaat tot het ondervragen van een persoon op wie het bepaalde in artikel 55, tweede punt, van toepassing is of van een persoon tegen wie krachtens artikel 58, zevende punt, een bevel tot aanhouding of een dagvaarding tot verschijning is uitgevaardigd, wordt de ondervraging aan de hand van een geluids- of beeldopname op volgende wijze bewaard :
1. Lorsque le procureur procède à l'interrogatoire d'une personne à qui s'appliquent les dispositions du paragraphe 2 de l'article 55, ou d'une personne contre laquelle un mandat d'arrêt ou une citation à comparaître ont été décernés en vertu du paragraphe 7 de l'article 58, l'interrogatoire est conservé sous forme d'enregistrement sonore ou vidéo selon les modalités suivantes :