26. benadrukt dat de EU-wetgeving en de beleidsvormers weliswaar hebben gezorgd voor een uitgebreide wetgeving tegen de meervoudige discriminatie van vrouwen met een minderheidsachtergrond, in het bijzonder Roma-vrouwen, maar dat er in de praktijk geen significante vooruitgang kan worden aangetoond; doet daarom een beroep op de lidstaten om de uitvoering onder de loep te nemen die gegeven wordt aan alle maatregelen die genomen zijn in verband met het verschijnsel van meervoudige discriminatie;
26. souligne que, si les législateurs et les décideurs politiques de l'Union européenne ont adopté un large dispositif législatif destiné à lutter contre les discriminations multiples dont sont victimes les femmes issues de minorités, en particulier les femmes roms, aucun progrès important ne peut être démontré; invite donc les États membres à revoir la mise en œuvre de toutes les politiques relatives au phénomène des discriminations multiples;