Mijn bedenkingen die ik tijdens de bespreking in de commissi
e voor de Financiën naar voren bracht, zijn gebaseerd op vier onlosmakelijk met elkaar verbonden pijlers: ten eerste, de herschikking van de bevoegdheden tussen de over
heden belast met de verschillende aspecten van het toezicht op de markten en de verschillende verstrekkers van financiële diensten; ten tweede, de wijziging van de besluitvorming in de CBF; ten derde, de organisatie van de beroepsmogelijkheden, in het bijzonder tegen
...[+++]beslissingen van de CBF. Het betreft niet langer een beroep bij de minister, maar bijvoorbeeld bij de rechtbank; ten vierde, de institutionele toenadering tot de Centrale Bank en tot andere nationale instellingen met prudentiële controlebevoegdheid.
Vous vous rappellerez à cet égard que, lors des précédents débats à la Commission des Finances, mes réflexions s'articulaient en quatre pistes indissociables : le réaménagement des compétences entre autorités chargées de différents aspects du contrôle des marchés et des différents prestataires de services financiers ; le changement du mode de prise de décision au sein de la CBF ; l'organisation des voies de recours, notamment contre les décisions de la CBF et enfin, le rapprochement institutionnel avec la Banque centrale et d'autres institutions nationales de contrôle prudentiel.