In zijn verslag 2001 wijst het Hof van Cassatie op een gebrek aan samenhang in het statuut van de referendarissen bij het Hof, dat is ontstaan ten gevolge van de inwerkingtreding van de wet van 22 december 1998 tot wijziging van sommige bepalingen van deel II van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de Hoge Raad voor de Justitie, de benoeming en aanwijzing van magistraten en tot invoering van een evaluatiesysteem en in het bijzonder van artikel 33 van deze wet die artikel 207 van het Gerechtelijk Wetboek vervangt.
Dans son rapport 2001, la Cour de cassation relève une incohérence dans le statut de ses référendaires, qui est née à la suite de l'entrée en vigueur de la loi du 22 décembre 1998 modifiant certaines dispositions de la deuxième partie du Code judiciaire concernant le Conseil supérieur de la Justice, la nomination et la désignation des magistrats et instaurant un système d'évaluation pour les magistrats, et spécialement de son article 33 qui remplace l'article 207 du Code judiciaire.