Art. 44. 1° De aanvrager of houder van een medisch attest van klasse 2 mag geen functionele anomalie van de ogen of hun adnexa vertonen, noch een evolutieve, aangeboren of verworven, acute of chronische pathologische aandoening, noch de nasleep van een oogheelkundige ingreep of van een oogtrauma vertonen die een weerslag hebben op het volledig veilig uitoefenen van de voorrechten van de aangevraagde vergunning.
Art. 44. 1° Le demandeur ou le titulaire d'un certificat médical de classe 2 ne doit pas présenter d'anomalie fonctionnelle des yeux ou de leurs annexes, ni d'affection pathologique évolutive, congénitale ou acquise, aiguë ou chronique, ni de séquelle d'intervention chirurgicale oculaire ni de traumatisme oculaire, de nature à retentir sur l'exercice en toute sécurité des privilèges de la licence demandée.