Dank zij de opeenvolgende overeenkomsten van 1984, 1994 en 1996 kon geleidelijkerwijze een « keten » van SPOT-satellieten tot stand worden gebracht, met andere woorden de satellieten volgden elkaar op, zodat de technologische evolutie en de continuïteit van de verzameling van satellietgegevens veilig werden gesteld.
Les accords successifs de 1984, 1994 et 1996 ont permis la mise en place progressive d'une « filière » SPOT, au sens d'une suite nécessaire de satellites garantissant l'évolution technologique et la continuité d'acquisition des données satellitaires.