2. Zo ja: a) wat was telkens het onderwerp van de regeringsmededeling? b) welke communicatiemiddelen (TV, radio, geschreven pers, ..) werden telkens gebruikt? c) wat was telkens de precieze kostprijs? d) Vielen de kosten van die regeringsmededeling(en) gedeeltelijk of geheel ten laste van de begroting van het departement of geheel of gedeeltelijk van de begroting van het kabinet van de toen bevoegde minister of staatssecretaris?
2. Le cas échéant : a) quel était, à chaque fois, le sujet de la communication gouvernementale? b) quels moyens de communication ont été utilisés (télévision, radio, presse écrite, et cetera) c) Quel en a été à chaque fois, le coût exact? d) Les coûts de ces communications gouvernementales ont-ils été, entièrement ou partiellement, pris en charge par le budget du département ou ont-ils été intégralement ou partiellement, supportés par le budget du cabinet du ministre ou secrétaire d'Etat en charge à l'époque?