Zelfs de betrokken landen – neem bijvoorbeeld Senegal, in de persoon van zijn onderminister, de heer Djibo Ka – hebben openlijk de beschuldiging afgewezen dat de aanwezigheid van Gemeenschapsschepen een aanzienlijk effect heeft op de bronnen en de afname van de winstgevendheid voor niet-industriële vissers, die vaak de mensen zijn die het meest getroffen worden door illegale immigratie.
Même les pays concernés – prenez l'exemple du Sénégal, en la personne de son ministre d'État, M. Djibo Ka –, ont publiquement rejeté les accusations selon lesquelles la présence de navires communautaires aurait un impact significatif sur les ressources et sur la baisse de la rentabilité de l'activité des pêcheurs non industriels, qui sont souvent les plus touchés par l'immigration clandestine.