14. meent dat de door de PVC-industrie aangegane verplichtingen, die weliswaar interessant en lofwaardig zijn, niet voldoende zijn om de verbreiding van gevaarlijke stoffen als cadmium en lood in het milieu en met name op de werkplek te voorkomen en tevens dat uitgebreider studies moeten worden verricht, teneinde een volledige bescherming van de volksgezondheid te waarborgen en nauwkeurig de gevolgen van de verbreiding van deze stoffen te evalueren;
14. estime que les engagements pris par l'industrie du PVC sont intéressants et louables mais qu'ils ne suffisent pas à éviter la dispersion de substances dangereuses, comme le cadmium et le plomb, dans l'environnement et notamment sur le lieu de travail; considère dès lors que, dans le but de garantir une protection totale de la santé publique, il conviendrait de mener des études plus approfondies pour estimer précisément l'impact lié à la dispersion de ces substances;