15. erkent dat dialoog met de belanghebbenden in het wetgevingsproces een rol kan spelen, maar wijst erop dat een dialoog alleen op gang moet worden gebracht als voldaan is aan de volgende criteria: inhoudelijke helderheid, evenwicht van middelen, vaste doelstellingen, structuur en een vooraf vastgelegd transparant tijdschema;
15. reconnaît que le dialogue entre les parties concernées peut avoir son rôle à jouer dans le processus législatif, mais souligne qu"il ne doit être noué que s"il est satisfait aux critères suivants: clarté quant au fond, équilibre des ressources, existence d"objectifs définis, d"une structure ainsi que d"un calendrier arrêté à l"avance et transparent;