9) Tegen een persoon kan geen veroordeling worden uitgesproken die gegrond is op verklaringen die hij heeft afgelegd in strijd met de paragrafen 2, 3, 4 en de bepaling onder 5), met uitsluiting van paragraaf 5, wat betreft het voorafgaandelijk vertrouwelijk overleg of de bijstand door een advocaat tijdens het verhoor of in strijd met de artikelen 2bis, 15bis, 20, § 1, en 24bis/1 van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis wat betreft het voorafgaandelijk vertrouwelijk overleg of de bijstand door een advocaat tijdens het verhoor".
9) Aucune condamnation ne peut être prononcée contre une personne sur le fondement de déclarations qu'elle a faites en violation des paragraphes 2, 3, 4 et le 5), à l'exclusion du paragraphe 5, en ce qu
i concerne la concertation confidentielle préalable ou l'assistance d'un avocat au cours de l'audition, ou en violation des articles 2bis, 15bis, 20, § 1, et 24bis/1 de la loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive en ce qu
i concerne la concertation confidentielle préalable ou l'assistance d'un avocat au cours de l'auditi
...[+++]on".