Hij moet voldoende kennis van de taal van de andere taalrol als de zijne bezitten ofwel omdat hij een ambtenaar van het tweetalig kader is, die krachtens artikel 43, § 3, derde lid van de gecoördineerde wetten van 18. juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken het bewijs heeft geleverd de tweede taal voldoende te beheersen, ofwel omdat hij in het bezit is van een getuigschrift waaruit de voldoende kennis van de andere taal blijkt dat uitgereikt is op grond van de artikelen 7, 11 en 12 van het koninklijk besluit van 8 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53. van dezelfde wetten.
Il doit posséder une connaissance suffisante de la langue de l'autre rôle linguistique que le sien, soit parce qu'il est un agent du cadre bilingue qui, en vertu de l'article 43, § 3, alinéa 3 des lois coordonnées du 18 juillet 1966 sur l'emploi des langues en matière administrative, a fourni la preuve qu'il connaît suffisamment la seconde langue, soit parce qu'il détient un certificat linguistique attestant de la connaissance suffisante de l'autre langue délivré sur la base des articles 7, 11 et 12 de l'arrêté royal du 8 mars 2001 fixant les conditions de délivrance des certificats de connaissances linguistiques prévus à l'article 53 des mêmes lois.