De Commissie is van mening dat het Bureau samen met de andere diensten van de Commissie en de nationale instanties binnen het raadgevend comité voor de fraudebestrijding of de overige comités of werkgroepen die door het Bureau worden voorgezeten [66] regelmatig de wettelijk vastgelegde regelingen dient te evalueren om beter inzicht te krijgen in de wenselijkheid van eventuele aanpassingen [67] om te komen tot een betere afstemming van de werkdruk voor de lidstaten en de werkelijke behoeften van de Commissie, de instellingen en de lidstaten.
La Commission estime que l'Office, avec les autres services de la Commission et les autorités nationales, au sein du comité consultatif antifraude ou des différents comités ou groupes de travail présidés par ce dernier [66], doit se livrer à une évaluation régulière des mécanismes prévus dans la réglementation pour lui permettre de mieux apprécier l'opportunité d'éventuelles adaptations [67] en vue d'assurer une meilleure adéquation entre la charge de travail pour les Etats membres et les besoins réels de la Commission, des institutions et des Etats membres.