In het advies dat de Raad van State over het voorontwerp van programmawet heeft gegeven, heeft hij vastgesteld dat « de ontworpen bepaling opnieuw een verschil in behandeling [.] [zou] [invoeren] tussen, enerzijds, de personen die ten aanzien van hun kinderen onderhoudsgeld verschuldigd zijn en recht hebben op een specifieke hulp ten laste van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (zie ontworpen artikel 68quinquies, § 2, 2°) en, anderzijds, de personen die een bijdrage voor een geplaatst kind betalen en geen recht hebben op deze specifieke hulp ».
Dans l'avis que le Conseil d'Etat a rendu à propos de l'avant-projet de la loi-programme, il a constaté que « la disposition en projet instaur[ait] à nouveau une différence de traitement entre, d'une part, les personnes redevables d'une pension alimentaire à l'égard de leurs enfants et qui ont droit à une aide spécifique à charge du centre public d'action sociale (voir l'article 68quinquies, § 2, 2°, en projet) et, d'autre part, les personnes qui s'acquittent d'une part contributive pour un enfant placé et qui n'ont pas droit à cette aide spécifique ».