Het bestreden artikel 5, § 2, tweede lid, schrijft voor dat, voor de toepassing van de voormelde grens van zestig uren, geen rekening wordt gehouden met de overschrijdingen uitgevoerd voor het verrichten van « arbeid om het hoofd te bieden aan een voorgekomen of dreigend ongeval » of van « arbeid die door een onvoorziene noodzakelijkheid wordt vereist ».
L'article 5, § 2, alinéa 2, attaqué prévoit de ne pas tenir compte, pour l'application de la limite précitée des soixante heures, des dépassements effectués pour l'exécution de « travaux entrepris en vue de faire face à un accident survenu ou imminent » ou de « travaux commandés par une nécessité imprévue ».