Indien de directeur zijn advies aangaande de voorwaardelijke invrijheidstelling niet binnen de in artikel 64 voorziene termijn heeft uitgebracht, kan de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg, op verzoekschrift van de veroordeelde, de minister veroordelen het advies binnen de door hem bepaalde tijd uit te brengen via de directeur, op straffe van een dwangsom in geval van bijkomend verwijl.
Si le directeur n'a pas rendu son avis à propos de la libération conditionnelle dans les délais prévus à l'article 64, le président du tribunal de première instance peut condamner le ministre, à la requête du condamné, à rendre l'avis par l'intermédiaire du directeur dans le délai qu'il fixe, sous peine d'astreinte en cas de retard supplémentaire.