Het Grondwettelijk Hof werd verzocht zich uit te spreken over de verenigbaarheid van de artikelen 14 en 15, § 1 van deze wet met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen van het Gerechtelijk Wetboek die de collectieve schuldenregeling tot voorwerp hebben, in zoverre zij het mogelijk maken dat nettingovereenkomsten worden tegengesteld aan de schuldeisers en aan derden, onder de voorwaarden waaarin betreffende artikelen voorzien, onder andere in geval van samenloop.
La Cour constitutionnelle a été invitée à se prononcer sur la compatibilité, avec les articles 10 et 11 de la Constitution, des articles 14 et 15, § 1 , de la loi précitée, lus en combinaison avec les articles du Code judiciaire portant sur le règlement collectif de dettes, en ce qu'ils permettent que les conventions de netting soient opposées aux créanciers et aux tiers moyennant le respect des conditions prévues par lesdits articles, notamment en cas de situation de concours.