nietigverklaring van het besluit van het TAVAOBG tot afwijzing van de klachten die de verzoekende partij tegen haar LBOR 2008 en het besluit tot opzegging heeft ingediend; veroordeling van het EACEA tot betaling van een bedrag dat niet lager mag zijn dan het bedrag van de bezoldiging van de verzoekende partij (en
van alle in de RAP voorziene voordelen), berekend vanaf de beëindiging van haar werkzaamheden op 12 februari 2010 en tot de datum van haar herplaatsing bij het Agentschap als gevolg van de nietigverklaring van het besluit tot opzegging, ter vergoeding van haar financiële en loopbaanschade, vermeerderd met vertragingsrente tegen
...[+++] het wettelijke tarief vanaf de dag van het te wijzen vonnis;
annuler la décision de l'AHCC rejetant les réclamations introduites par la partie requérante contre son REC 2008 et la décision de résiliation; condamner l'EACEA au paiement d'un montant qui ne saurait être inférieur au montant du traitement de la partie requérante (et de tous les avantages prévus par le RAA) calculé à partir de la cessation de ses fonctions le 12 février 2010 et jusqu'à la date de sa réintégration au sein de l'Agence qui fera suite à l'annulation de la décision de résiliation, en réparation du préjudice professionnel et financier, à augmenter des intérêts de retard au taux légal à dater du jugement à intervenir;