Wees gerust, geachte collega’s, wees gerust, mijnheer de Voorzitter, wij zullen optreden als het slechte geweten van het Europees Parlement, als zijn waakzame criticus, als onvermoeibaar verdediger van de Europese volkeren en naties die ons continent en onze beschaving groot hebben gemaakt.
Rassurez-vous, mes chers collègues, rassurez-vous, Monsieur le Président, nous serons la mauvaise conscience de ce Parlement européen, son censeur vigilant, le défenseur inlassable des peuples et des nations européennes qui ont fait la grandeur de notre continent et de notre civilisation.