Art. 3. Elk goed, roerend of onroerend, verbruikbaar of niet, dat zich op het Belgisch grondgebied bevindt kan het voorwerp uitmaken van een opvordering, behoudens andersluidende internationale overeenkomst en evenmin als de opvordering van het goed de continuïteit van de openbare dienst in gevaar brengt.
Art. 3. Tout bien, meuble ou immeuble, consomptible ou non consomptible se trouvant sur le territoire belge peut faire l'objet d'une réquisition, sauf convention internationale contraire et sauf si la réquisition du bien met en péril la continuité du service public.