Voor de vorst die afstand heeft gedaan geldt een soort pensioenvoorziening, met een overgangsperiode van twee jaren (art. 1, tweede lid, en art. 2, eerste lid).
Pour le souverain qui a abdiqué, il est prévu une sorte de pension, assortie d'une période transitoire de deux ans (art. 1 , alinéa 2, et art. 2, alinéa 1 ).