Ten aanzien van de vermeende schending van het beginsel van tegenspraak die te dezen zou voortvloeien uit de afwezigheid van de minister van Binnenlandse Zaken, merkt het Hof op dat, luidens artikel 57/15 van de wet van 15 december 1980, de Vaste Beroepscommissie ambtshalve of op verzoek van een partij de Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen of zijn gemachtigde kan horen, hetge
en aantoont dat wel degelijk de beslissing van de laatstgenoemde voor haar wordt betwist, e
nerzijds, en dat de vreemdeling ...[+++] het recht heeft aan die laatstgenoemde uitleg te vragen, anderzijds.
En ce qui concerne la violation alléguée du principe de contradiction qui découlerait, en l'espèce, de l'absence du ministre de l'Intérieur, la Cour observe que, aux termes de l'article 57/15 de la loi du 15 décembre 1980, la Commission permanente peut d'office, ou à la demande d'une partie, entendre le Commissaire général aux réfugiés et aux apatrides ou son délégué, ce qui atteste que c'est bien la décision de ce dernier qui est contestée devant elle, d'une part, et que, d'autre part, l'étranger a le droit de solliciter des explications de la part de ce dernier.