Het bestaan van dat criterium leidt tot een onmiskenbare discriminatie ten opzichte van niet-Belgische onderdanen die niet behoren tot de categorieën vreemdelingen die aanspraak kunnen maken op bij overeenkomst vastgestelde rechten, zoals vluchtelingen, vaderlandslozen en onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie, terwijl zij toch ook hun sociale bijdragen en belastingen betalen waardoor de middelen voor deze sociale maatregelen worden verkregen.
La fixation de ce critère crée une véritable discrimination vis-à-vis des ressortissants non belges qui ne font pas partie de catégories d'étrangers jouissant de droits découlant d'une convention, tels que les réfugiés, les apatrides et les ressortissants d'Etats membres de l'Union européenne, alors qu'ils paient d'ailleurs aussi les cotisations sociales et les impôts qui procurent les moyens de ces mesures sociales.