Uit deze teksten blijkt enerzijds dat het personeelslid vrij mag spreken en publiceren zonder daarvoor toestemming te moeten vragen aan een hiërarchische meerdere, en anderzijds dat de uitdrukking van een persoonlijke mening moet kaderen binnen de grenzen van een eventueel beroepsgeheim en met eerbiediging van de loyauteitsplicht van het personeelslid.
Il ressort de ces textes que, d'une part, l'agent peut parler et publier librement, sans devoir demander à cet effet l'autorisation d'un supérieur hiérarchique, et, d'autre part, que l'expression d'une opinion personnelle doit s'inscrire dans les limites d'un éventuel secret professionnel et dans le respect du devoir de loyauté de l'agent.