« Art. 43. In het geval van de vrijheidsbeneming bedoeld in artikel 41, spreekt de jeugdrechter zich bij beschikking binnen de vierentwintig uur volgend op de vrijheidsbeneming van de persoon bedoeld in artikel 14, § 1, uit over de vordering bedoeld in § 2 van dit artikel.
« Art. 43. En cas de privation de liberté prévue à l'article 41, le juge de la jeunesse se prononce, par ordonnance, sur la réquisition visée au § 2 de cet article, dans les vingt-quatre heures après la privation de la liberté de la personne visée à l'article 14, § 1.