Art. 5. Enkel de ambtenaren in dienstactiviteit, die een graadanciënniteit van ten minste twee jaar hebben en die na hun evaluatie een vermelding kregen die op z'n minst gelijkwaardig is aan de vermelding " gunstig" , komen in aanmerking voor een overplaatsing via vrijwillige intraregionale mobiliteit.
Art. 5. Sont seuls susceptibles d'être transférés par mobilité intrarégionale volontaire, les agents qui se trouvent dans une position d'activité de service, ont une ancienneté de grade de deux ans au moins et ont obtenu au moins une mention équivalente à la mention " favorable" au terme de leur évaluation.