Bij de beoordeling van de evenredigheid van de duur van bewaring ten aanzien van het doel waarvoor de gegevens werden opgeslagen, houdt het Europees Hof voor de Rechten van de Mens rekening met het al dan niet bestaan van een onafhankelijk toezicht op de verantwoording voor het behoud van gegevens in de databanken aan de hand van duidelijke criteria, zoals de ernst van de feiten, het feit dat d
e betrokken persoon vroeger reeds het voorwerp is geweest van een aanhouding, de ernst van de verdenkingen die rusten op een persoon, en elke andere bijzondere omstandigheid (EHRM, grote kamer, 4 december 2008, S. en Marper t. Verenigd Koninkrijk,
...[+++]§ 103; 18 april 2013, M.K. t. Frankrijk, § 35; 17 december 2009, B.B. t. Frankrijk, § 61; 18 september 2014, Brunet t. Frankrijk, §§ 35-40).Pour apprécier la proportionnalité de la durée de conservation par rapport à l'objectif pour lequel les données ont été enregistrées, la Cour européenne des droits de l'homme tient compte de l'existence ou non d'un contrôle indépendant concernant la justification de la conservation des données dans les banques de données sur la base de critères précis, tels que la gravité des faits,
le fait que la personne concernée a déjà fait l'objet dans le passé d'une arrestation, la force des soupçons qui pèsent sur une personne et toute autre circonstance particulière (CEDH, grande chambre, 4 décembre 2008, S. et Marper c. Royaume Uni, § 103; 18 a
...[+++]vril 2013, M.K. c. France, § 35; 17 décembre 2009, B.B. c. France, § 61; 18 septembre 2014, Brunet c. France, §§ 35-40).