7. spreekt opnieuw de overtuiging uit dat de interim-regering en de andere nieuw ingevoerde organen officieel lokale organisaties van burgers moeten omvatten, met name organisaties van vrouwen, en dat deze de rechten van het individu en het internationale humanitaire recht moeten eerbiedigen;
7. réitère sa conviction qu'il est essentiel que l'autorité intérimaire et les autres organes mis en place incluent formellement des organisations civiles locales, en particulier des organisations de femmes et respectent les droits de la personne et le droit humanitaire international;