Art. 8. Ter uitvoering van artikel 7, § 1, vierde lid, van het decreet van 5 mei 2017 wordt de minimale energetische norm waaraan de sportinfrastructuur moet voldoen na de sportinfrastructuurwerken bepaald als volgt: als de sportinfrastructuur waarvoor subsidie aangevraagd wordt, een of meer EPN-eenheden bevat, moeten de functionele delen waar de sport beoefend wordt, na de sportinfrastructuurwerken voldoen aan het E-peil dat van toepassing zal zijn één jaar na de datum van de aanvraag van de omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of de stedenbouwkundige vergunning.
Art. 8. En exécution de l'article 7, § 1, alinéa 4 du décret du 5 mai 2017 la norme énergétique minimale à laquelle l'infrastructure sportive doit répondre après les travaux est déterminée comme suit : si l'infrastructure sportive faisant l'objet de la demande de subvention comprend une ou plusieurs unités NPE, les parties fonctionnelles où le sport est pratiqué doivent satisfaire, à l'issue des travaux d'infrastructure sportive, au niveau E qui sera d'application un an après la date de demande du permis d'environnement pour actes urbanistiques ou du permis d'urbanisme.