21. merkt op dat de EU-programma's op het gebied van onderwijs, jeugd, media en cultuur succesvol zijn in de zin dat zij hoge uitvoeringspercentages laten zien en duidelijke Europese toegevoegde waarde genereren, hetgeen economisch meetbaar is, en dat zij aldus bijdragen aan versterking van het gevoel van Europese identiteit en verbondenheid; dringt aan op adequate financiering, dat wil zeggen een substantiële verhoging van de middelen;
21. observe que les programmes européens dans les domaines de l'éducation, de la jeunesse, des médias et de la culture sont efficaces en ce sens qu'ils bénéficient de taux d'exécution élevés et génèrent une réelle valeur ajoutée européenne, mesurable en termes économiques, tout en renforçant le sentiment d'identité et d'appartenance européennes; préconise un financement approprié, à savoir une augmentation sensible des ressources;