6
. Meer algemeen, ten slotte, dient in het voorstel bovendien een duidelijk onderscheid te worden gemaakt
tussen handelingen waartoe alleen de procureur des Konings kan besluiten, handelingen waartoe kan worden besloten door de procureur des Konings of door degenen die een functie van gerechtelijke politie uitoefenen en, wat deze laatsten betreft, de hoedanigheid waarin zij deze handelingen mogen uitoefenen (officier van gerechtelijke politie-hulpofficier van de procureur des Konings, officier van gerechtelijke politie of agent van gerechtelijke politie),
...[+++] alsmede de bijzondere omstandigheden waarin sommige van deze handelingen kunnen worden verricht, onder meer in geval van betrapping op heterdaad.
6. Enfin, de manière plus générale, la proposition doit, en outre, distinguer clairement les actes qui ne peuvent être décidés que par le procureur du Roi, des actes qui peuvent être décidés par le procureur du Roi ou par ceux qui exercent une fonction de police judiciaire et, en ce qui concerne ces derniers, la qualité en laquelle ils peuvent accomplir ces actes (officier de police judiciaire auxiliaire du procureur du Roi, officier de police judiciaire ou agent de police judiciaire), de même que les circonstances particulières dans lesquelles certains de ces actes peuvent être réalisés, notamment en cas de flagrant délit.