1. de kapitein, vóórdat het schip of vaartuig aan zijn reis begint, wordt voorzien van passende informatie over de beschikbaarheid van vanaf de wal opererende systemen van navigatieondersteuning en andere informatiesystemen die hem zullen bijstaan bij de veilige uitvoering van de reizen, en dat hij gebruik maakt van de door de lidstaten opgezette systemen van navigatieondersteuning en informatiesystemen;
1. avant l'appareillage du transbordeur ou de l'engin, le capitaine ait accès aux informations appropriées concernant la disponibilité de systèmes terrestres d'aide à la navigation et d'autres systèmes d'information pouvant l'aider dans la conduite en toute sécurité de la navigation, et qu'il utilise les systèmes d'aide à la navigation et d'information mis en place par les Etats membres;