Het verwijzende rechtscollege verzoekt het Hof om de bestaanbaarheid van de artikelen 132bis en 136 van het WIB 1992 met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie te onderzoeken in zoverre zij, met betrekking tot de berekening van de belasting, een verschil in behandeling teweegbrengen tussen de ouder bij wie de kinderen die recht geven op een verhoging van de belastingvrije som, zijn gedomicilieerd en de andere ouder, wanneer andere kinderen dan de gemeenschappelijke kinderen in het gezin aanwezig zijn.
La juridiction a quo invite la Cour à examiner la compatibilité des articles 132bis et 136 du CIR 1992 avec le principe d'égalité et de non-discrimination en ce qu'ils créent une différence de traitement, en ce qui concerne le calcul de l'impôt, entre le parent chez qui les enfants qui donnent droit à une augmentation de la quotité exemptée d'impôt sont domiciliés et l'autre parent, lorsque d'autres enfants que les enfants communs sont présents dans le ménage.