Aangezien de lidstaten waarschijnlijk maximaal zullen profiteren van de door de verordeningen toegestane termijnen voor de financiële uitvoering van de programma's maar daarbij zullen vermijden dat vastleggingen ambtshalve worden geannuleerd volgens de N + 2-regel [2], en aangezien de verordening in een langere periode voorziet voor de betalingen dan voor de vastleggingen (7, respectievelijk 11 jaar), valt te verwachten dat de jaarlijkse betalingen zullen stijgen tot circa 27 miljard per jaar in de periode 2004-2007, in welke periode zij op kruissnelheid zullen zijn, en dat de eindbetalingen in 2009 en 2010 zullen plaatsvinden.
Selon l'hypothèse vraisemblable que les Etats Membres profiteront au maximum des délais permis par les Règlements pour l'exécution financière des programmes, tout en évitant les dégagements automatiques sous la règle « N+2 » [2], et en raison de la période plus longue prévue dans le Règlement pour les paiements que pour les engagements (11 années par rapport à 7), il est prévisible que les paiements annuels augmenteront à un niveau de croisière de l'ordre de 27 milliards par an entre 2004 et 2007, et que les paiements finaux seront effectués en 2009 et 2010.