De verzoeker in de zaak nr. 2493 verwijt het bekrachtigde artikel XII. II. 18 alsmede het bekrachtigde artikel XII. II. 25 van het koninklijk besluit dat ze een verschil in behandeling in het leven roepen tussen de adjudanten en adjudant-chefs bij de rijkswacht die niet de toelage genieten bedoeld in artikel 29, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit van 24 oktober 1983 betreffende de bezoldigingsregeling van de personeelsleden van de rijkswacht en diegenen die ze wel genieten, aangezien eerstgenoemden in het middenkader van de nieuwe politie worden geïntegreerd, terwijl laatstgenoemden in het officierskader worden geïntegreerd.
Le requérant dans l'affaire n 2493 fait grief à l'article XII. II. 18 ainsi qu'à l'article XII. II. 25 confirmés de l'arrêté royal d'établir une différence de traitement entre les adjudants et adjudants-chefs de gendarmerie ne bénéficiant pas de l'allocation visée à l'article 29, § 1, alinéa 2, de l'arrêté royal du 24 octobre 1983 relatif au statut pécuniaire des membres du personnel de la gendarmerie et ceux qui en bénéficient dès lors que les premiers sont intégrés dans le cadre moyen de la nouvelle police, tandis que les seconds sont intégrés dans le cadre des officiers.