Op grond hiervan kan de Commissie concluderen dat noch de eis dat het hoofdkantoor in Oostenrijk moet blijven, noch de eis dat de aandeelhoudersstructuur een Oostenrijkse kern moet behouden, van zodanige aard was dat daardoor de aankoopprijs lager werd of potentiële investeerders van het uitbrengen van een bod werden weerhouden, zodat daarmee geen verlies van overheidsgeld gemoeid was.
Sur cette base, la Commission est en mesure de conclure que ni l’exigence de laisser le centre de décisions en Autriche ni celle de maintenir un noyau dur d’actionnaires autrichiens n’étaient de nature à faire baisser le prix d’achat ni à dissuader des investisseurs potentiels de soumettre une offre, de sorte que ces conditions n’ont pas impliqué la perte de ressources publiques.