Te dezen heeft de decreetgever een oplossing willen zoeken voor de wettelijke onmogelijkheid waarin de Vlaamse Regering zich bevond om, gelet op de vervanging van de basiswetgeving, het bij besluit van 14 april 2000 opgeheven besluit van 17 juli 1984 te herstellen, dat wil zeggen het aannemen van een decretale bepaling in 2003 met terugwerkende kracht tot 9 september 1984.
En l'espèce, le législateur décrétal a entendu remédier à l'impossibilité légale dans laquelle se trouvait le Gouvernement flamand, vu le remplacement de la législation de base, de rétablir l'arrêté du 17 juillet 1984 qui avait été abrogé par un arrêté du 14 avril 2000, en adoptant une disposition décrétale en 2003 avec effet rétroactif au 9 septembre 1984.