6. Wanneer delen van projecten van gemeenschappelijk belang op het grondgebied van derde landen zijn gelegen, kan de Commissie, met instemming van de betrokken lidstaten voorstellen doen, in voorkomend geval in het kader van het beheer van de akkoorden van de Gemeenschap met deze derde landen, en overeenkomstig het Verdrag inzake het Energiehandvest en andere multilaterale overeenkomsten voor de derde landen die partij zijn bij dat Verdrag, zodat deze projecten ook door de betrokken derde landen als van wederzijds belang worden erkend, teneinde de verwezenlijking van deze projecten te vergemakkelijken.
6. Lorsque des parties de projets d'intérêt commun se situent sur le territoire de pays tiers, la Commission peut, en accord avec les États membres concernés, faire des propositions, le cas échéant dans le cadre de la gestion des accords entre la Communauté et ces pays tiers, et conformément aux dispositions du traité sur la Charte de l'énergie et d'autres accords multilatéraux applicables aux pays tiers signataires de ce traité, pour que ces projets soient également reconnus d'intérêt mutuel par les pays tiers concernés, en vue de faciliter leur mise en œuvre.