De minister of zijn gemachtigde kan beslissen dat de vreemdeling die verklaart dat hij zich in één der in artikel 10 voorziene gevallen bevindt, in één van de volgende gevallen niet
het recht heeft het Rijk binnen te komen of in het Rijk te verblijven : 1° de vreemdeling voldoet niet of niet meer aan één van de voorwaarden van artikel 10; 2° de vreemdeling en de vreemdeling die vervoegd wordt, onderhouden niet of niet meer een werkelijk huwelijks- of gezinsleven; 3° met uitzondering v
an afwijkingen, die worden voorzien door ...[+++] een internationaal verdrag, bevindt de vreemdeling zich in één der gevallen voorzien in artikel 3, 5° tot 8°, of hij lijdt aan één van de ziekten die een gevaar voor de volksgezondheid kunnen opleveren en die worden opgesomd in de bijlage aan deze wet; 4° de vreemdeling heeft valse of misleidende informatie of valse of v
ervalste documenten gebruikt, of heeft fraude gepleegd of onwettige middelen gebruikt die van doorslaggevend belang zijn geweest om te worden toegelaten tot een verblijf, of het staat vast dat het huwelijk, het partnerschap of de adoptie uitsluitend afgesloten werden opdat de betrokken vreemdeling het Rijk zou kunnen binnenkomen of er verblijven.
Le ministre ou son délégué peut décider que l'étranger qui déclare se trouver dans un des cas prévus à l'article 10 n'a pas le droit d'entrer ou de séjourner dans le Royaume, dans un des cas suivants : 1° cet étranger ne remplit pas ou ne remplit plus une des conditions de l'article 10; 2° cet étranger et l'étranger rejoint n'entretiennent pas ou plus une vie conjugale ou familiale effective; 3° sauf dérogations prévues par un traité international, cet étranger se trouve dans un des cas prévus à l'article 3, 5° à 8°, ou est atteint d'une des maladies pouvant mettre en danger la santé publique, énumérées à l'annexe à la présente loi; 4° cet étranger a utilisé des informations fausses ou trompeuses ou des documents faux ou falsifiés, ou a
...[+++]recouru à la fraude ou à d'autres moyens illégaux de caractère déterminant, afin d'être admis au séjour, ou il est établi que le mariage, le partenariat ou l'adoption ont été conclu uniquement pour lui permettre d'entrer ou de séjourner dans le Royaume.