Teneinde rekening te houden met het probleem van het Verenigd Koninkrijk stelde het Parlement voor dat indien een lidstaat het stelsel met stemming voor één kandidaat per kiesdistrict toepaste, ten hoogste twee derden van de zetels konden worden toegewezen op basis van dat stelsel en dat de overige zetels op een zodanige manier moesten worden verdeeld dat de globale verdeling van de mandaten evenredig was met het geheel van de uitgebrachte stemmen.
Afin de tenir compte du problème du Royaume-Uni, le Parlement a proposé que si un État membre appliquait un mode de scrutin uninominal, deux tiers maximum des sièges pourraient être attribués selon ce système, le tiers restant devait être réparti de manière à ce que la répartition globale des mandats soit proportionnelle à l'ensemble des suffrages exprimés.