Het voorliggende wetsontwerp dat was ook opgemerkt door de Raad van State gebruikt zeer vage woorden en stelt de Koning of de regering in staat om oproepgegevens en identificatiegegevens te definiëren of te formuleren zoals dat de regering schikt.
Le projet de loi à l'examen emploie des termes très vagues comme l'a aussi constaté le Conseil d'État et donne le pouvoir au Roi ou au gouvernement de définir ou de formuler les données d'appel et les données d'identification comme le gouvernement l'entend.