B. overwegende dat het recht van de mens om zich te voeden, dat is erkend in artikel 11 van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, voor de nationale overheden en voor de gemeenschap van staten de verplichting inhoudt om kwetsbare bevolkingsgroepen toegang te bieden tot de hulpbronnen die nodig zijn om zich te kunnen voeden, en met name tot grond,
B. considérant que le droit à l'alimentation, reconnu à l'article 11 du Pacte international relatif aux droits économiques, sociaux et culturels, implique l'obligation pour l'État et pour la communauté des États de garantir aux groupes vulnérables l'accès aux ressources dont ils ont besoin pour s'alimenter, et en particulier à la terre,