De minister legt uit dat de concrete gevolgen voor België van het niet meer beschikken over stemrecht sedert 1 juli 1996, voorlopig onbestaande zijn, omdat gedurende het zomerreces geen vergaderingen van de studiegroepen, noch van de conferenties worden belegd.
Le ministre explique qu'il n'y a ni réunion des groupes d'étude, ni conférence pendant les vacances d'été et que dès lors, les conséquences concrètes découlant du fait que la Belgique ne dispose plus, depuis le 1 juillet 1996, du droit de vote, sont provisoirement inexistantes.
