an allocation of EUR 1.8 million against Item 250 ("Meetings in general") for observers, EUR 1.3 million against Item 1110 ("Auxiliary Staff"), EUR 0.5 million against Article 114 ("Miscellaneous allowances and grants"), EUR 1 million ag
ainst Article 118 ("Allowances and expenses in connection with officials entering and leaving the service and transfers"), EUR 0.8 million against Item 1301 ("Mission expenses"), EUR 0.8 million against Item 1870 ("Interpreters and conference technicians"), EUR 1.7 million against Chapter 22 ("Movable property and associated costs"), EUR 0.3 million against Article 270 ("Official journal") and 0.6 million
...[+++] for other miscellaneous enlargement expenses; een bedrag van 1,8 miljoen EUR voor artikel 250 (" Vergaderingen en convocaties in het algemeen") voor de waarnemers, 1,3 miljoen EUR voor post 1110 ("Hulpfunctionarissen"), 0,5 miljoen EUR voor artikel 114 ("Diverse toelagen en vergoedingen"), 1 mi
ljoen EUR voor artikel 118 ("Vergoedingen en kosten in verband met indiensttreding, beëindiging van de dienst en overplaatsing"), 0,8 miljoen EUR voor artikel 1301 ("Dienstreizen"), 0,8 miljoen EUR voor post 1870 ("Freelance tolken en technisch personeel voor conferenties"), 1,7 miljoen EUR voor hoofdstuk 22 ("Roerende goederen en bijkomende kosten"), 0,3 miljoen EUR voor artikel 270 ("Publica
...[+++]tieblad") en 0,6 miljoen EUR voor diverse uitgaven in verband met de uitbreiding;