2. The Commission shall, if appropriate, in accordance with the management procedure referred to in Article 25(2), determine any essential laboratory and analytical uses for which the production and import of controlled substances other than hydrochlorofluorocarbons may be permitted in the Community, the respective quantities, the period for which the exemption shall be valid and those users which may take advantage of those essential laboratory and analytical uses.
2. De Commissie bepaalt zo nodig volgens de in artikel 25, lid 2, bedoelde beheersprocedure voor welke essentiële analytische en laboratoriumtoepassingen de productie en de invoer van andere gereguleerde stoffen dan chloorfluorkoolwaterstoffen in de Gemeenschap kunnen worden toegestaan, wat de respectieve hoeveelheden zijn, gedurende welke periode de vrijstelling geldt en welke gebruikers voor die essentiële analytische en laboratoriumtoepassingen in aanmerking komen.