5.7. Funicular vehicles and, in so far as the configuration of the installation so permits, bi-cable cable cars must be equipped with an automatic braking device on the track, when the possibility of carrier cable breaking cannot reasonably be excluded.
5.7. Voertuigen van kabelspoorwegen en, wanneer het type installatie zulks toelaat, van pendelbanen met twee kabels moeten voorzien zijn van een op de rails werkende automatische reminrichting, indien de mogelijkheid van een breuk van de bewegende kabel niet redelijkerwijs kan worden uitgesloten.